Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [7]nu ga Ik heen tot Dengene, die Mij gezonden heeft, en niemand van u [8]vraagt Mij: Waar gaat Gij henen? 7. Dat is, nu genaakt de tijd, dat Ik de wereld verlaten zal. 8. Namelijk nu, gelijk gij voor dezen wel gedaan hebt; hfdst.13 vs.36, en hfdst.14 vs.5.